Voortgezet verblijf na verbreking relatie

Wanneer een buitenlandse partner of echtgenoot een afhankelijke verblijfsvergunning heeft, zijn er beperkte mogelijkheden om de afhankelijke status om te zetten naar een zelfstandige verblijfsvergunning. Dat kan normaal gesproken pas na vijf jaar verblijf met de afhankelijke status. In sommige gevallen is het echter mogelijk om eerder een zelfstandig verblijfsrecht te krijgen, bijvoorbeeld in geval van overlijden van de hoofdpersoon of wanneer de relatie is verbroken als gevolg van huiselijk geweld.

De verschillende situaties om in aanmerking te komen voor een zelfstandige status worden hieronder behandeld:

1. Nederlanderschap na 3 jaar verblijf met een Nederlandse partner of echtgenoot

Wanneer u met een verblijfsvergunning drie jaar onafgebroken hoofdverblijf heeft gehad in het Koninkrijk der Nederlanden bij een Nederlandse partner, komt u in aanmerking voor naturalisatie tot Nederland. U moet de hele naturalisatieprocedure blijven samenwonen met uw partner en aan de voorwaarden voor uw verblijfsvergunning blijven voldoen. Dit proces duurt meestal 12 maanden.  

2. Standaardregeling voor voortgezet verblijf (5 jaar)

Indien u op grond van een huwelijk of relatie een verblijfsvergunning heeft, bestaat er alleen recht op voortgezet verblijf wanneer de relatie of huwelijk vijf jaar heeft geduurd. De IND verleent de verblijfsvergunning uitsluitend als de vreemdeling (naast de in paragraaf B9/8.1 van de Vreemdelingencirculaire genoemde voorwaarden zoals het inburgeringsexamen) voldoet aan de volgende voorwaarden:

  • de vreemdeling is een huwelijk, geregistreerd partnerschap of duurzame en exclusieve relatie aangegaan met een referent die zelf verblijfsrecht van niet-tijdelijke aard heeft; en
  • de (huwelijks)relatie bestaat vijf jaren (of heeft vijf jaren bestaan) en de vreemdeling heeft ten minste vijf jaren op grond van die (huwelijks)relatie een verblijfsvergunning gehad.

Let op: Meer gunstige regels kunnen gelden wanneer er sprake is van verbreking van een relatie of huwelijk met een Unieburger (Nederlanders vallen hier niet onder) of met een onderdaan van Turkije. In die situaties moet veelal minstens 3 jaar (n plaats van 5) zijn samengewoond in Nederland en geldt er geen inburgeringsvereiste.  De voorwaarden zijn wel heel specifiek en niet zonder meer op alle situaties van toepassing.

3. Overlijden van de hoofdpersoon

Als uw partner of echtgenoot komt te overlijden, kunt u een aanvraag doen voor een verblijfsvergunning humanitair niet-tijdelijk. U komt hiervoor in aanmerking wanneer uw partner of echtgenoot Nederlander was of in het bezit was van een verblijfsvergunning voor een niet-tijdelijk doel. Verder heeft u zelf een verblijfsvergunning gehad voor verblijf bij uw echtgenoot of partner en heeft u uw hoofdverblijf niet buiten Nederland verplaatst.

4. Huiselijk geweld

Slachtoffers van (huiselijk) geweld die een afhankelijke verblijfsvergunning hebben kunnen in aanmerking komen voor voortgezet verblijf indien de (huwelijks)relatie als gevolg van dit huiselijk geweld is verbroken.

Wanneer de verblijfsvergunning van het slachtoffer afhankelijk is van de vergunning van de echtgenoot of partner kan na de ontbinding van het huwelijk of de relatie een zelfstandige verblijfsvergunning op humanitaire gronden worden verleend, ongeacht de duur van het huwelijk of de relatie. De IND verleent de verblijfsvergunning als de vreemdeling aantoont dat huiselijk geweld binnen de familie heeft geleid tot de feitelijke verbreking van de (huwelijks)relatie. Dit kan worden aangetoond met zowel stukken afkomstig van politie of Openbaar Ministerie, in combinatie met stukken afkomstig uit andere bronnen.

Stukken van politie of Openbaar Ministerie waarmee huiselijk geweld kan worden aangetoond zijn:

  • een aangifte van huiselijk geweld bij de politie, of
  • een melding van huiselijk geweld bij de politie, en/of
  • een verklaring van de officier van justitie of de politie dat ambtshalve vervolging is ingesteld tegen de voormalige partner.

Stukken afkomstig uit andere bron waarmee huiselijk geweld aangetoond kan worden zijn:

  • recente medische informatie van de (vertrouwens)arts, of
  • recente verklaring van een andere hulpverlener, of
  • recente gegevens over verblijf in de opvang, of
  • andere objectieve gegevens uit betrouwbare bron

Uit deze stukken moet voldoende blijken dat het huiselijk geweld heeft plaatsgevonden

Zie voor meer informatie de publicatie van de IND:

'Huiselijk geweld, eergerelateerd geweld, mensenhandel, achterlating en uw verblijfsvergunning

Delissen Martens biedt GRATIS online seminars aan voor hulpverleners die zich bezighouden met slachtoffers van huiselijk geweld.
Afspraak maken? Stuur ons een e-mail.

 

5. Gezinsleven / verblijf bij een kind

Wanneer er kinderen zijn voortgekomen uit de relatie of huwelijk, is het volgende van belang.
Er bestaat in deze situatie de mogelijkheid om de verblijfsvergunning te behouden op basis van artikel 8 EVRM - het recht op familie- en gezinsleven. Echter hangt een dergelijke aanvraag af van de specifieke, individuele omstandigheden.
Is het koppel bijvoorbeeld gescheiden en is er een ouderschapsplan opgesteld waaruit blijkt dat de ouder in kwestie grotendeels de zorg draagt voor het kind dan bestaat er een kans dat de verblijfsrecht wordt toegekend – vooral wanneer het kind in Nederland is geboren en/of opgegroeid.

Wanneer het gaat om een kind met de Nederlandse nationaliteit, kan er beroep worden gedaan op de ‘Chavez-Vilchez’ regeling. Zie hiervoor de verzamelpagina ‘Nederlands kind’ op deze website. 

6. Overige redenen (humanitaire omstandigheden)

In zeer bijzondere gevallen, waarin geen voortgezet verblijf kan worden verleend op grond van de bovenstaande redenen, kan er toch worden berust in het verblijf van de vreemdeling met een afhankelijke verblijfsvergunning. Hierbij moet het gaan om individuele omstandigheden met een schrijnend karakter, op grond waarvan niet van de vreemdeling kan worden gevergd dat hij of zij terugkeert naar het land van herkomst. De omstandigheid dat de vreemdeling bijna vijf jaar in Nederland heeft verbleven op grond van een afhankelijke verblijfsstatus is hiervoor onvoldoende. Ook als de vreemdeling een baan en/of een huis heeft in Nederland, levert dat geen humanitaire redenen op om voortgezet verblijf te verlenen.

Bij verblijf op humanitaire gronden draait het altijd om bijzondere, individuele omstandigheden. Iedere situatie is wat dat betreft anders en moet afzonderlijk worden beoordeeld. 

LET OP: Delissen Martens Advocaten behandelt alleen kwesties zoals hierboven beschreven onder punt 1 t/m 5. Aanvragen om voortgezet verblijf wegens bijzondere individuele omstandigheden behandelen wij niet. Zoekt u een advocaat gespecialiseerd in dit specifieke rechtsgebied, kijk dan op de website van de Specialisten Vereniging Migratierecht Advocaten (SVMA).

Terug naar overzicht