Inburgeringsplicht Turkse nieuwkomers vanaf 1 januari 2022

​Vanaf 1 januari 2022 geldt een inburgeringsplicht voor Turkse (gezins)migranten en hun familieleden die voor langdurig verblijf naar Nederland willen komen.

Daarnaast zullen alle Turkse onderdanen en hun gezinsleden vanaf deze datum het basisexamen inburgering in het buitenland moeten afleggen voordat zij in aanmerking kunnen komen voor een MVV!

De website van de IND vermeldt sinds 18 november 2021 het volgende nieuwsbericht:

​"Vanaf 1 januari 2022 geldt een inburgeringsplicht voor Turkse (gezins)migranten en hun familieleden die voor langdurig verblijf naar Nederland willen komen. De IND controleert of zij het basisexamen inburgering in het buitenland hebben behaald bij de beoordeling van de aanvraag voor een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) en de verblijfsvergunning.

De inburgeringsplicht geldt sinds 1 mei 2020 al voor Turkse nieuwkomers met een asielstatus en hun gezinsleden. Vanaf 1 januari 2022 moeten ook Turkse gezinsmigranten die zich in Nederland willen vestigen en geestelijk bedienaren met de Turkse nationaliteit eerst in Turkije slagen voor het basisexamen inburgering in het buitenland. Dit is vanaf 1 januari 2022 een voorwaarde voor de mvv-aanvraag. Nu is deze groep nog vrijgesteld van die verplichting. Eenmaal aangekomen in Nederland starten de nieuwkomers met een persoonlijk inburgeringstraject op maat.

Nieuw inburgeringsstelsel
De inburgeringsplicht voor Turkse nieuwkomers valt samen met de invoering van het nieuwe inburgeringsstelsel dat vanaf 1 januari 2022 geldt. Daarmee gaan voor nieuwkomers met de Turkse nationaliteit en hun gezinsleden dezelfde regels gelden als voor nieuwkomers uit andere landen. Kennismigranten, studenten of migranten die met een tijdelijk doel naar Nederland komen, hebben geen inburgeringsplicht. Ook nieuwkomers met de Turkse nationaliteit die nu al in Nederland zijn en een verblijfsvergunning hebben, hoeven in principe niet (alsnog) het inburgeringstraject te doorlopen."

Of dit ten aanzien van Turkse werknemers en hun familieleden juridisch houdbaar is, is twijfelachtig. In het associatierecht tussen Turkije en de Europese Unie is namelijk een standstill-bepaling voor werknemers en diens familieleden opgenomen. Deze bepaling verbiedt Nederland om in nationale wet- en regelgeving nieuwe beperkingen in te voeren, tenzij dit noodzakelijk en evenredig is. De praktijk zal moeten gaan uitwijzen of de nieuwe inburgeringsplicht voor Turkse werknemers en hun familieleden deze eis van noodzakelijkheid en evenredigheid gaat doorstaan.   

Terug naar overzicht